Apotheek Lorentzplein

Lorentzplein 51 2522EE Den Haag Tel:070 2050 590

Medische Encyclopedie

Medische encyclopedie > Klachten zoeken > Klachten overzicht > Blaasontsteking bij vrouwen

Inhoud

Blaasontsteking bij vrouwen

Wat is blaasontsteking bij vrouwen?

Als je blaasontsteking hebt, is de binnenkant van je blaas ontstoken. Dat komt door bacteriën die via je plasbuis in je blaas komen.

Vaak zijn dit bacteriën die bij iedereen in de darmen zitten. Ze zitten ook rond je anus (poepgat) en je plasbuis.

 

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Het is belangrijk om veel te drinken als je blaasontsteking hebt. Bijvoorbeeld water, thee of melk. 

De kans kleiner maken om weer blaasontsteking te krijgen

Dit kun je doen om de kans op blaasontsteking kleiner te maken:

  • Blijf veel drinken: tot 3 liter per dag. Heb je hartfalen? Overleg dan met je arts hoeveel je kunt drinken.
  • Ga meteen plassen als je voelt dat je moet.
  • Heb je seks gehad? Ga direct plassen. Bacteriën die tijdens de seks in de plasbuis zijn gekomen, plas je dan snel weer uit.
  • Gebruik geen glijmiddel dat zaad (sperma) doodmaakt bij de seks.
  • Plas je blaas helemaal leeg.
Zo plas je je blaas goed leeg

Deze tips kunnen helpen om je blaas leeg te plassen:

  • Zit rechtop op de wc, met je voeten plat op de grond.
  • Neem rustig de tijd om te plassen.
  • Pers niet, maar probeer te ontspannen.

Heb je vaak blaasontsteking? Lees wat je kunt doen als je vaak blaasontsteking hebt.

Adviezen om de medicijnen in te nemen

Als je het lastig vindt om pillen te slikken, kan een drankje met antibiotica een oplossing zijn. Lukt dat ook niet? Vraag dan de huisarts om advies.

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Bel dezelfde dag je huisarts of de huisartsen-spoedpost als je blaasontsteking hebt en 1 of meer van deze klachten:

  • Je hebt koorts (38 graden of hoger). Meet de temperatuur via de anus (poepgat).
  • Je hebt koude rillingen.
  • Je hebt pijn in je zij.
  • Je voelt je ziek.
  • Je ademt snel of je hart klopt snel.
  • Je bent in de war of je reageert niet goed meer als iemand iets tegen je zegt. Iemand anders moet dan voor je bellen.

Let op: Ben je zwanger, heb je diabetes of een ziekte van je nieren of blaas? Bel dan altijd dezelfde dag je huisarts of de huisartsen-spoedpost.

Neem op werkdagen contact op met je huisarts bij 1 of meer van deze dingen:

  • Je hebt veel last en wilt niet afwachten.
  • Je hebt afgewacht en de klachten zijn na 1 week niet minder.
  • Je hebt 2 dagen na het slikken van de laatste antibiotica nog steeds klachten.

Neem weer een potje verse plas mee. Dat wordt weer onderzocht.

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Paracetamol
Bij de meeste vrouwen gaat een blaasontsteking vanzelf over binnen 1 week. Als u weinig klachten heeft dan kunt u eerst kijken of uw klachten vanzelf over gaan. Als u in deze periode last heeft van pijn, dan kunt u een paar dagen paracetamol gebruiken. Gaan uw klachten niet over of worden ze erger? Neem dan contact op met uw arts.

Sommige vrouwen hebben bij een blaasontsteking meer kans dat de ontsteking erger wordt. Er kan dan een ontsteking van de nierbekken ontstaan. Dit kan gebeuren bij vrouwen die eerder een nierbekkenontsteking hebben gehad, zwangere vrouwen, vrouwen met suikerziekte, vrouwen met minder weerstand (bijvoorbeeld door medicijnen) en vrouwen met een nierziekte of blaasziekte. Daarom krijgen deze vrouwen meteen antibacteriële middelen.

Antibacteriële middelen
Antibacteriële middelen werken tegen infecties veroorzaakt door bacteriën, zoals blaasontstekingen. Het is van belang dat de kuur geheel wordt afmaakt.

Afhankelijk van het soort bacterie en de ernst van de ontsteking wordt een bepaald antibacterieel middel voorgeschreven.

  • Nitrofurantoïne doodt bacteriën. Het komt na inname vrij snel via de nieren in de urine terecht. Daarom is het erg geschikt bij infecties van de urinewegen, zoals een blaasontsteking. Nitrofurantoïne wordt gebruikt bij eenvoudige blaasontstekingen. Nitrofurantoïne wordt ook gebruikt om urineweginfecties te voorkomen bij mensen die vaak, meer dan drie keer per jaar, blaasontstekingen hebben.
  • Fosfomycine doodt bacteriën. Fosfomycine-korrels worden gebruikt bij eenvoudige blaasontstekingen. Fosfomycine-infuus bij diepergelegen urineweginfecties.
  • Trimethoprim doodt vele soorten bacteriën. Het dringt door in de bacterie en verhindert de aanmaak van een voor de bacterie essentiële stof. Hierdoor sterft de bacterie af. Trimethoprim wordt gebruikt bij eenvoudige blaasontstekingen. Trimethoprim wordt ook gebruikt om blaasontstekingen te voorkomen bij mensen die vaak, meer dan drie keer per jaar, blaasontstekingen hebben.
  • Amoxicilline doodt vele soorten bacteriën en heeft een goede opname in het lichaam. Het blokkeert een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei waardoor de bacterie afsterft. Amoxicilline kan gebruikt worden bij blaasontstekingen als nitrofurantoïne en trimethoprim niet in aanmerking komen. Bij sommige patiënten wordt amoxicilline afgebroken door bacteriën zodat het zijn werking niet meer kan doen. Clavulaanzuur gaat dit tegen en verbetert zo het effect van amoxicilline. Voorbeelden zijn amoxicilline, amoxicilline in combinatie met clavulaanzuur.
  • Antibiotica van het sulfonamide-type doden vele soorten bacteriën. Ze dringen door in de bacterie en verhinderen de aanmaak van een stof die essentieel is voor de bacterie. Hierdoor sterft de bacterie. Sulfonamiden worden gebruikt bij blaasontstekingen als nitrofurantoïne, trimethoprim en amoxicilline niet in aanmerking komen. Voorbeeld is sulfamethoxazol in combinatie met trimethoprim.
  • Chinolon-antibiotica remmen de groei van vele soorten bacteriën. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei. Hierdoor kan de bacterie zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. Chinolon-antibiotica worden gebruikt bij blaasontstekingen door bacteriën die niet gevoelig zijn voor bovenstaande middelen. Voorbeelden zijn ciprofloxacine, levofloxacine, norfloxacine en ofloxacine.
  • Tetracycline-antibiotica remmen de groei van vele soorten bacteriën. Ze remmen de eiwitaanmaak van de bacterie. Een bacterie die geen eiwit kan aanmaken kan zich niet meer vermenigvuldigen en sterft af. Tetracycline antibiotica worden gebruikt bij urineweginfecties door bacteriën die niet gevoelig zijn voor bovenstaande middelen. Voorbeeld is tetracycline.
  • Cefalosporine-antibiotica doden vele soorten bacteriën. Ze blokkeren een eiwit dat een belangrijke rol speelt bij de bacteriegroei, waardoor de bacterie afsterft. Cefalosporine-antibiotica worden gebruikt bij blaasontstekingen door bacteriën die niet gevoelig zijn voor bovenstaande medicijnen. Voorbeelden zijn cefotaxim, cefuroxim en cefalexine.
  • Carbapenem-antibiotica doden vele soorten bacteriën. Ze remmen een eiwit dat belangrijk is voor de bacteriegroei, waardoor de bacterie doodgaaat. Voorbeeld is meropenem.
  • Aminoglycoside-antibiotica doden vele soorten bacteriën. Ze grijpen in op de eiwitaanmaak binnen de bacterie. Een bacterie kan zonder eiwitten niet verder groeien. Hierdoor sterft de bacterie. Een voorbeeld is gentamicine.
  • Glycopeptide-antibiotica doden verschillende soorten bacteriën door de bouw van de bacteriewand te belemmeren. Hierdoor wordt de bacteriewand erg zwak en valt de cel uiteindelijk uit elkaar. Een voorbeeld is teicoplanine.
  • Piperacilline met tazobactam doodt vele soorten bacteriën en het blokkeert een eiwit dat belangrijk is voor de bacteriegroei waardoor de bacterie doodgaat. Het wordt gebruikt bij blaasontstekingen door bacteriën die niet gevoelig zijn voor bovenstaande medicijnen. Bij sommige patiënten wordt piperacilline afgebroken door bacteriën zodat het zijn werking niet meer kan doen. Tazobactam gaat dit tegen en verbetert zo het effect van piperacilline.
  • Methenamine doodt sommige soorten bacteriën doordat het in een zuur milieu in formaldehyde en ammoniak splitst. Formaldehyde beschadigt bijvoorbeeld het DNA van de bacterie en het remt de reparatie van het DNA. Hierdoor gaan de bacteriën dood. Na een paar dagen merkt u dat de klachten van de infectie minder worden.

Heeft u vaak last van een blaasontsteking? Uw arts kan er dan voor kiezen om u alvast een recept voor de antibiotica voor te schrijven. Maar u gaat deze antibiotica NIET meteen innemen. Bij een blaasontsteking gaat u eerst een paar dagen kijken of uw klachten vanzelf over gaan. Gaan uw klachten niet over of worden ze erger? Dan kunt u de antibiotica bij de apotheek ophalen en gebruiken.

Flucytosine
Flucytosine wordt gebruikt bij een blaasontsteking die wordt veroorzaakt door de gist Candida. Flucytosine verhindert dat de Candida-gist eiwitten aanmaakt. Om te groeien heeft de gist eiwitten nodig. Hierdoor sterft de Candida-gist.

Estriol
Estriol is een oestrogeen, een vrouwelijk geslachtshormoon. Bij sommige vrouwen ontstaan blaasontstekingen door een te kort aan oestrogeen na de menopauze. Estriol kan worden gebruikt om deze blaasontstekingen te voorkomen bij vrouwen die hier vaak, meer dan drie keer per jaar, last van hebben.

Estriol vult de hoeveelheid oestrogenen aan in het slijmvlies van de vagina en herstelt de natuurlijke balans van voor de menopauze. Hierdoor krijgen bacteriën, die blaasontsteking veroorzaken, geen kans. Voorbeelden zijn estriol vaginale zetpil, estriol vaginale crème en estriol tabletten.

Bij blaaspijnsyndroom (interstitiële cystitis):

Dit is een vorm van blaasontsteking die niet komt door bacteriën en duurt vaak erg lang. Daarom helpen antibiotica niet.

Dimethylsulfoxide (DMSO)
Dimethylsulfoxide wordt gebruikt bij blaaspijnsyndroom. Dimethylsulfoxide helpt, bij sommige mensen, de verschijnselen van de ziekte te verminderen.

Pentosanpolyzwavelzuur
Pentosanpolyzwavelzuur wordt gebruikt bij mensen met blaaspijnsyndroom. Bijvoorbeeld als ze pijn hebben in hun blaas en vaak moeten plassen. Pentosanpolyzwavelzuur kan bij sommige mensen de pijn in de blaas verminderen en kan ervoor zorgen dat ze minder vaak moeten plassen.

Terug naar overzicht